Hieronder de volledige tekst van de brief die ds. R. de Reuver, scriba van de generale synode aan de kerken stuurde.
Zusters en broeders,
Het is u vast niet ontgaan dat de Generale Synode donderdag en vrijdag jl., 15 en 16 november, bijeen is geweest. Dit was de laatste vergadering met afgevaardigden uit de (voormalige) 74 classes. Vanaf volgend jaar vaardigen de elf nieuw gevormde classes elk vijf ambtsdragers af.
Tijdens deze laatste ‘grote’ generale synode is veel aan de orde geweest. Op protestantsekerk.nl vindt u enkele verslagen. De afgevaardigden zullen via de classes ongetwijfeld hun impressies met u delen.
Voor één onderwerp vraag ik uw bijzondere aandacht, nl. de bespreking van ‘huwelijk en levensverbintenis’, ofwel een mogelijke wijziging van de tekst van ordinantie 5-3 ‘Het huwelijk’ en ordinantie 5-4 ‘Andere levensverbintenissen’. In 2016 hebben enkele classes en diverse synodeleden om deze tekstwijziging gevraagd.
Vorig jaar november vond de eerste bespreking van dit verzoek plaats. Twee leden van onze kerk deelden toen wat het voor hen betekent om homoseksueel te zijn. De één levend als single, de ander gehuwd met iemand van hetzelfde geslacht. De twee verhalen en de bespreking die hierop volgde maakten grote indruk op de leden van de synode. Het moderamen had voor deze inbreng gekozen vanuit de overtuiging dat het de kerk op dit moment niet is gegeven om tot een betere tekst te komen en dat het daarom des te meer aankomt op het delen van deze persoonlijke verhalen in een open gesprek over gender, seksualiteit en huwelijk. Gezien de emotionele sfeer in de synode besloot het moderamen op dat moment niet te spreken over mogelijke tekstwijzigingen van de kerkorde. Als scriba heb ik de bespreking toen afgesloten met het statement:
In de Protestantse Kerk gaat het om inclusief kerk-zijn.
Delend aan de ene tafel, waar ieder ervan leeft dat God ‘beide zonen’ (zie de gelijkenis van de verloren zoon uit Lucas 15) ziet, uit liefde, homo’s én hetero’s, alsook degenen die innerlijk geen ruimte vinden voor de inzegening van een huwelijk tussen mensen van hetzelfde geslacht.
Het is de uitdaging voor het moderamen, voor de synode, om dit kerkordelijk te verwoorden.
Hierbij is toegezegd dat het moderamen binnen een jaar aan de synode concrete voorstellen zal voorleggen.
Het rapport ‘Huwelijk en levensverbintenis’ (LWK 18-07) lag donderdagavond 15 november ter bespreking voor. Zowel dit rapport als de voorstellen waren door het moderamen voorbereid in gesprek met tien synodeleden. De gesprekken waarin we tot het rapport en de voorstellen groeiden, waren kostbaar. Er groeide openheid en vertrouwen om, met alle onderlinge verschillen, persoonlijke ervaringen en overtuigingen te delen. We kwamen niet tot één standpunt, wel tot een gezamenlijk gedragen rapport met besluitvoorstellen, met respect en ruimte voor ieders persoonlijke keuze. ‘Wat zou het mooi zijn als we op de synode ook zo met elkaar in gesprek kunnen gaan’, zo was het gevoelen tijdens de voorbesprekingen. Een goed gesprek, waarin persoonlijke – diverse! – levensverhalen, ervaringen en standpunten gedeeld, gehoord en gedragen kunnen worden, is kostbaar.
De synodevergadering werd geopend met de viering van het heilig avondmaal. Voorafgaand aan onze bespreking hebben we allereerst brood en wijn gedeeld ‘aan de ene tafel’ (zie statement november 2017). Het gesprek over ‘huwelijk en levensverbintenis’ werd een gesprek tussen ‘zussen en broers’, tussen mensen (ambtsdragers!) die door God aan elkaar zijn gegeven, als leden van het ene lichaam van Christus.
Het moderamen stelt voor, in lijn met de bespreking van november 2017, om de tekst van de ordinantie niet te wijzigen. Niet omdat deze tekst ‘heilig’ is, maar omdat een wijziging van de tekst met de daarbij horende consideratieronde in de kerk zeer waarschijnlijk leidt tot verscherping van standpunten. Een verscherping die de ruimte in gemeenten voor een goed gesprek over gender, seksualiteit en huwelijk belemmert. Een debat over posities, formuleringen en standpunten beschadigt snel mensen, en beperkt de openheid en ruimte voor een existentieel gesprek. De uitslag van de stemming in de synode illustreert hoe verdeeld onze kerk in dezen is, en hoe de verhoudingen, grosso modo, liggen.
Om toch in gezamenlijkheid een stap verder te komen, stelt het moderamen de synode voor te besluiten:
a. In de kerk van Christus is ieder mensenkind van harte welkom en mag zich veilig voelen: we zijn allen geroepen elkaar vanuit de liefde van God te aanvaarden.
b. De kerk is geroepen tot zegenen: een mens in zijn/haar levensverbintenis te stellen ‘coram Deo’, onder de belofte en roeping van Gods bewaring, genade en vrede.
En expliciet uit te spreken dat:
1. de tekst van ordinantie 5-3 en 5-4 een modus vivendi tekst is. Ze spreekt geen waardeoordeel uit over seksuele geaardheid van haar leden noch over hun persoonlijke keuze als het gaat over huwelijk of andere levensverbintenis.
De synode spreekt hiermee expliciet uit wat impliciet in de tekst van ordinantie 5-3 en 5-4 staat. Het gaat hier niet om een waardeoordeel, maar om een regel hoe met diversiteit om te gaan;
2. elke (wijk)gemeente en (wijk)kerkenraad zelf bepaalt of naast het huwelijk tussen man en vrouw ook dat tussen twee mensen van hetzelfde geslacht (in)gezegend kunnen worden;
3. het aan een lokale gemeente is of men kiest voor de term inzegenen of zegenen. De voorkeur van het moderamen ligt bij zegenen. Er is geen liturgisch verschil tussen het (in)zegenen van een huwelijk van een man en een vrouw of van twee mensen van hetzelfde geslacht;.
4. (wijk)gemeenten worden aangespoord de veilige ruimte in de gemeente te koesteren en te vergroten zodat het gesprek over gender, seksualiteit en zegen gevoerd kan worden.
Met een stemverhouding van 44 voor en 29 tegen heeft de synode dit voorstel aanvaard.
Voor synodeleden en velen in onze kerk die hoopten dat de bespreking zou leiden tot een aanpassing van de tekst van de ordinantie waardoor elk onderscheid tussen het huwelijk van man en vrouw en van mensen van hetzelfde geslacht verdwijnt, is de uitslag teleurstellend en pijnlijk. Anderen die geen ruimte vinden voor het (in)zegenen van een huwelijk van mensen van hetzelfde geslacht zijn bezorgd over de toegevoegde uitspraak van de synode.
Ter afronding van de bespreking heb ik opgemerkt dat de uitslag allereerst duidelijk maakt dat we als kerk in dezen diep verdeeld zijn, dat het gesprek goed was, en dat de uitslag van de stemming geen winnaars of verliezers heeft opgeleverd maar onze grote verdeeldheid illustreert. Diversiteit is niet alleen mooi, soms is ze ook heel pijnlijk. De uitslag onderstreept dat standpunten ons verdelen. We zijn daarom des te meer geroepen om zorg te dragen voor een veilig klimaat binnen gemeenten waarin het gesprek over gender, seksualiteit en zegen in alle openheid gevoerd kan worden. Een gesprek dat ruimte biedt aan mensen van hetzelfde geslacht die verlangen naar de zegen van God, persoonlijk en samen, én aan mensen die innerlijk geen ruimte vinden voor de (in)zegening van een huwelijk tussen mensen van hetzelfde geslacht om zich uit te spreken en zich door God aanvaard en geliefd te weten. Vanuit het besef dat we ‘als zussen en broers’ aan elkaar gegeven zijn als leden van het ene lichaam van Christus, en dat we allen geroepen zijn te leven onder en vanuit de zegen van God, coram Deo.
Van harte hoop ik dat u in uw gemeente de optimale ruimte voor dit goede gesprek zoekt, zodat persoonlijke verhalen kunnen worden gedeeld en u met samen ervaart wat het betekent te leven onder de zegen van God. Laten we elkaar in gebed dragen. Juist ook hen die een andere keuze maken dan u en zich binnen uw wijkgemeente niet geaccepteerd voelen.
Immers:
‘Wanneer één lichaamsdeel pijn lijdt, lijden alle andere mee; wanneer één lichaamsdeel met respect behandeld wordt, delen alle andere in die vreugde.‘ (1 Korintiërs 12:26)
Met broederlijke groet,
ds. R. de Reuver
scriba generale synode