De Tweede Steen.
In het verhaal van de overspelige vrouw wordt Jezus op de proef gesteld door de Schriftgeleerden. De vrouw is betrapt en volgens de wet van Mozes moet ze gestenigd worden. Bijna iedereen kent dit verhaal en vooral de bekende uitdrukking: “wie zonder zonde is, werpe de eerste steen”.
Misschien is deze uitdrukking wel zo bekend omdat hij zo goed in ons eigen voordeel te gebruiken is wanneer een ander iets aan ons op te merken heeft.
Lastig is het om niet na te denken over de vraag wat er gebeurd zou kunnen zijn als er één persoon tussen had gezeten die dacht dat hij zonder zonde was. Als die persoon de eerste steen had gegooid, terecht of onterecht, en wel of niet zonder zonde, dan had het verhaal geëscaleerd tot chaos. Immers, aan de tweede steen waren geen voorwaarden gesteld.
Het verhaal gaat verder. De aanklagers druipen één voor één af en Jezus vraagt aan de vrouw waar ze zijn gebleven en of iemand haar veroordeeld heeft. Ze antwoordt: “nee, niemand”. Jezus zegt dan: “Ook ik veroordeel u niet; ga heen en zondig niet meer”. Jezus was zonder zonde, dus volgens zijn eigen logica had hij prima die eerste steen kunnen gooien. Maar wie de eerste steen gooit, draagt ook minstens een gedeelte van de verantwoordelijkheid over de tweede steen die gegooid wordt, en elke steen daarna. Jezus begreep deze verantwoording die hij heeft gekregen (en die waar wij als mens ook mee belast zijn, maar in te kort schieten) en veroordeelde haar niet.
Als mens kwam Jezus op aarde, maar voor ons om als Jezus te zijn en niet te veroordelen, lijkt af en toe een onmenselijke taak. Soms lijken mensen wel de enige wezens op aarde die in staat zijn om onmenselijke dingen te doen. Wanneer wij dan tekort schieten in dat heilige doel om als Jezus te zijn, dan valt er gelukkig nog wat te leren van de Farizeeën. Hun ontbrak een kritisch zelfbeeld namelijk niet, en daardoor is de vrouw door geen één steen uit hun handen geraakt. Pas wanneer we onze eigen tekortkomingen erkennen, kunnen we ruimte creëren voor in de eerste plaats vergeving en begrip voor anderen, en in de tweede plaats voor herstel en groei.
Gert Jan van der Gugten