Het leven bestaat uit voortdurend afwegingen maken. Vaak waar je op het ene vlak iets kiest, moet je op het andere vlak wat laten. Van twee walletjes proberen te eten gaat vaak verkeerd. Dat zette mij aan het nadenken over de volgende afweging: wanneer mag je vertrouwen op God en wanneer mogen we op onze eigen verantwoordelijkheid aangesproken worden?
Als ik ‘s ochtends mijn brood vergeet mee te nemen naar werk, mag ik er dan op vertrouwen dat ik wat te eten zal krijgen? Nou heb ik toevallig een moeder die het nog wel eens achter me aanbrengt, maar over het algemeen heb je op zo’n moment maar twee opties. Of je accepteert een rammelende buik tot en met de kost, of je gaat om 10 uur alsnog naar huis om je brood op te halen. In dit voorbeeld is het duidelijk mijn eigen schuld en moet ik het zelf oplossen. Je zou kunnen stellen dat ik nog steeds niks tekort kom als ik één ontbijt oversla, maar het voorbeeld valt extremer te maken en het antwoord blijft dat er in ieder geval een gedeelte eigen verantwoording is.
De één legt misschien makkelijker alles in Gods handen dan de ander. In Spreuken staat: “Vertrouw op de Heer met heel je hart, en steun niet op je eigen inzicht.’’ Maar in het verhaal van de meester die op reis gaat en zijn dienaren geld geeft, straft de meester bij terugkomst diegene die hun talenten niet gebruikt hebben. Ik neig zelf ook meer naar de eigen verantwoordelijkheid van de mens en zijn rentmeesterschap. Jesaja zegt dat we niet zonder de Heere kunnen: “Jongeren zullen moe en afgemat worden, jonge mannen zullen zeker struikelen. Maar wie de HEERE verwachten, zullen hun kracht vernieuwen.’’ Voor zowel vertrouwen als verantwoording zijn genoeg voorbeelden te vinden die je als argument kan gebruiken, dus de vraag blijft voor mij staan:waar ligt dan die scheidingslijn?
Hoe meer ik erover nadenk, hoe meer ik tot de conclusie kom dat de vraag je eigenlijk onbewust in een verkeerde richting stuurt. Vertrouwen op God betekent niet dat je zelf achterover kan leunen. Het is geen keuze die je moet maken op de manier dat je de één kiest, en de ander laat. Er is een uitleg voor dit dilemma wat mij erg aanspreekt. Het gaat over een boer. Een boer moet zijn veld ploegen, zaaien, water geven en oogsten. Dit kost veel toewijding, hard werken en een hoop verantwoordelijkheid. Een boer weet alleen ook dat niet alles binnen zijn controle ligt, zoals het weer, de groei van de planten of de vruchtbaarheid van de grond. Hiervoor vertrouwt de boer op God: dat Hij de rest doet. Zonder de boer zou er zeker geen oogst zijn, maar zonder de zegen van God is zijn werk vruchteloos.
Gert Jan van der Gugten (24)